Als zijde zo zacht (14-07-2007) |
Barend zit voor het raam en kijkt naar de gele blaadjes die over het grasveld waaien. Beukenblaadjes. In de lente liet hij de rug van zijn hand strelen. Met gesloten ogen haalde hij zijn hand onder een laaghangende tak heen, terwijl de wind door zijn haren streek. Hij sluit zijn ogen. Elke dag werden de blaadjes stugger en eind november dwarrelden ze op het pad en liep hij er overheen met zijn kaplaarzen. Hij aait over zijn schedel, draait zijn rolstoel een kwartslag en kijkt de woonkamer in. De salontafel en eettafel zijn tijdelijk verwijdert en alle stoelen staan in een kring. Een fauteuil, vier eetkamerstoelen en vier witte tuinstoelen met geruite kussens. In het midden van de kamer ligt een fleurig kleed met een uitbundig boeket in een doorzichtige vaas. Een herftsboeket met asters en chrysanten. Barend rilt. Elke week hetzelfde ritueel. Het is Marjans idee maar hij heeft geen energie meer om er tegenin te gaan.
De oncoloog had hem aangeraden er een mooie zomer van te maken. Genieten moest hij. Een reisje maken bijvoorbeeld, luxe uit eten gaan en openluchtconcerten bezoeken. Dingen die de oncoloog waarschijnlijk zelf graag zou doen als hij tijd had.
|
|
|